Veiligheidsladder toont idealisme in de bouw

Het is een dilemma in vrijwel elke sector in de vrije markt: de wil om dingen veiliger of duurzamer te doen is er vaak wel, maar alle goede intenties stranden op het kostenplaatje. Verbeteringen zijn mooi, maar vaak al een stuk minder als deze gepaard gaan met minder winst of baanverlies. Vaak is het wachten op maatregelen van de ‘grote boze overheid’ voor er echt wat verandert. Juist dat maakt de intrede in 2022 van Veiligheid in Aanbestedingen (VIA) en de bijbehorende Veiligheidsladder in de bouw- en infrasector zo bijzonder. Want waar zie je nu dat bedrijven uit de markt zelf een reguleringsmechanisme kiezen om de veiligheidscultuur te veranderen?

Van GCVB tot VIA

Het initiatief van uit de markt om de bouw veiliger te maken, begint eigenlijk al in 2014, wanneer grote opdrachtgevers en ondernemingen de Governance Code Veiligheid in de Bouw (GCVB) ondertekenen. Hierin zijn kernwaarden en uitgangspunten op het gebied van veiligheid vastgelegd. Simpel gezegd is deze groep bedrijven sindsdien samen aan de slag gegaan om de eigen branche veiliger te maken. De VIA is daarvan het paradepaardje, een instrument waarbij veiligheid al structureel in tenders en aanbestedingen wordt meegenomen. Het resultaat is dat iedereen wel mee moet doen: onderaannemers en eenmansbedrijfjes, maar ook grote architecten- en ingenieursbureaus.

De Veiligheidsladder

Maar hoe bepaal je wie wel en niet in aanmerking komt voor een aanbesteding? Het antwoord is de Veiligheidsladder of Safety Culture Ladder (SCL). Dit is een instrument waarmee bewustzijn, houding en gedrag op het gebied van veiligheid bij bedrijven worden gemeten. Aan de hand daarvan belanden bedrijven in één van de vijf categorieën; pathologisch, reactief, berekenend, proactief of vooruitstrevend. De SCL is in 2012 door spoorwegbedrijf ProRail in Nederland geïntroduceerd en een decennium later dus ook door de bouw- en infrasector omarmd. Bedrijven hebben er sindsdien baat bij om op een zo hoog mogelijke trede op de Veiligheidsladder te staan, omdat het simpelweg opdrachten oplevert.

De Vijf treden van de Veiligheidsladder:

Trede 1: Pathologisch
Er heerst een houding van ‘wat niet weet, wat niet deert’. Geen investeringen in verbetering van de veiligheid.

Trede 2: Reactief
Verandergedrag is ad-hoc en van korte duur. Vaak pas nadat er al iets mis is gegaan.

Trede 3: Berekenend
Veiligheidsregels worden belangrijk gevonden, maar vooral op management-niveau.

Trede 4: Proactief
Veiligheid heeft een hoge prioriteit en wordt continu verbeterd.

Trede 5: Vooruitstrevend
Veiligheid is volledig geïntegreerd in alle bedrijfsprocessen.

‘Pittig’

Toch zijn er ook bedrijven die nog niet meedoen aan de veiligheidsladder. Een KAM-coördinator van een groot bouwbedrijf legt uit: “We houden de veiligheidsladder scherp in de gaten en proberen ook met alle ontwikkelingen op het gebied van veiligheid mee te doen. Maar de eisen zijn wel pittig en gaan soms erg ver. Ze zijn ook niet alleen op ons eigen personeel van toepassing, maar ook voor alle onderaannemers. We hebben nu een bouw waar 53 nationaliteiten rondlopen. Veel daarvan komen ook nog eens uit een heel andere bouwcultuur. En die moet je ook nog allemaal in een andere taal voorlichten. Het is bijna niet te doen. Voorlopig doen we dus niet mee met de veiligheidsladder, maar als we straks merken dat we echt minder werk krijgen, zullen we wel moeten.”

Idealisme in de bouw

De geschetste situatie zal herkenbaar klinken voor veel bedrijven die werkzaam zijn in de bouw- en infrasector. Juist daarom is het bijzonder dat het initiatief om de bouwcultuur te verbeteren uit de branche zelf komt. Met de Veiligheidsladder leggen bouwbedrijven in Nederland zichzelf beperkingen op, met het risico opdrachten mis te lopen. Daarmee stellen ze de veiligheid boven eigen financieel gewin. Voor een branche die van oudsher toch als vrij hard bekend staat, is dat een zeer idealistische inslag.

Elke maand één dode door val in de bouw

De meeste ernstige ongelukken in bouw en infra zijn het gevolg van een val. Jaarlijks gaat het al snel om de helft van alle gevallen. Ook bij dodelijke ongevallen is er vaak sprake van een val. Het jaar 2023 vormt hierop geen uitzondering. Tot dusver overleed elke maand minimaal één persoon in de bouwsector en allemaal als gevolg van een val.

Welke regels gelden voor werk op hoogte?

Bij ongeveer de helft van de ernstige ongelukken in de bouwsector is de oorzaak een val. Bovendien vielen er in 2023 tot dusver ook al vier dodelijke slachtoffers te betreuren. Het is duidelijk een groot probleem, maar is daar dan niks tegen te doen? Tijd om de wetgeving eens nader onder de loep te nemen.

Veiligheid in bouw en infra vergroten? Ga naar:

Deel dit artikel

Meer Safety

Veiligheidsladder toont idealisme in de bouw

Het is een dilemma in vrijwel elke sector in de vrije markt: de wil om dingen veiliger of duurzamer te doen is er vaak wel, maar alle goede intenties stranden op het kostenplaatje. Verbeteringen zijn mooi, maar vaak al een stuk minder als deze gepaard gaan met minder winst of baanverlies. Vaak is het wachten op maatregelen van de ‘grote boze overheid’ voor er echt wat verandert. Juist dat maakt de intrede in 2022 van Veiligheid in Aanbestedingen (VIA) en de bijbehorende Veiligheidsladder in de bouw- en infrasector zo bijzonder. Want waar zie je nu dat bedrijven uit de markt zelf een reguleringsmechanisme kiezen om de veiligheidscultuur te veranderen?

LEES MEER >

Elke maand één dode door val in de bouw

Verreweg de meeste ernstige ongelukken in bouw en infra zijn het gevolg van een val. Jaarlijks gaat het al snel om de helft van alle gevallen. Op flinke afstand gevolgd door het worden getroffen door een voorwerp (25%) en verwondingen veroorzaakt door machines (15%). Ook bij dodelijke ongevallen is er vaak sprake van een val. Het jaar 2023 vormt hierop helaas geen uitzondering. Voor zover bekend bij de Arbo overleed er tot dusver elke maand minimaal één persoon in de bouwsector. Opvallend aan dit trieste overzicht is dat alle slachtoffers van grote hoogte vielen.

LEES MEER >

Rustig praten en bellen bij de zaagmachine

Toen Mathijs Pijnenburg (30) in 2015 de overstap maakte van een baan in de bouw naar zijn vaders machinale houtbewerkingsbedrijf was dat niet de enige grote verandering in zijn leven op werkgebied. Met de baanwissel ging hij ook over van de traditionele gehoorbescherming op speciaal aangemeten otoplastieken. “Wel een stuk makkelijker hoor”, zegt hij nu. “Met die oude oorkappen werd het vaak toch erg warm.”

LEES MEER >

Om deze website goed te laten werken plaatsen we functionele cookies. We plaatsen analytische cookies om te bepalen welke onderdelen van de website het meest interessant zijn voor bezoekers. Deze cookies gebruiken geen persoonsgegevens.
Meer uitleg